Dublin coddle is een typisch wintergerecht, dat bestaat uit worstjes, uien, plakjes spek (raschers) en aardappelen. De naam komt waarschijnlijk van het Franse woord caudle, wat zachtjes koken betekent, terwijl de oorsprong van het gerecht teruggaat tot de jaren 1700. Naar verluidt is het ontstaan uit de gewoonte van de zeelieden van Ringsend om in één pan te koken en was het een favoriet van zowel Jonathan Swift als Seán O'Casey, en wordt het ook genoemd in de werken van niemand minder dan James Joyce zelf. Het werd uitgevonden als een manier om restjes te gebruiken en werd meestal bereid in grotere steden, waar het populair werd omdat het zo gemakkelijk te maken was. Andere ingrediënten zijn traditioneel gerst en kruiden, die alleen uit zout, peper en peterselie bestaan, maar tegenwoordig worden er vaak wortels, andere wortelgroenten, tomaten, room en wat Guinness stout voor de bouillon toegevoegd. Afhankelijk van de toegevoegde ingrediënten herkennen Dubliners echter drie soorten coddle: de witte, de bruine en de zwarte coddle. De witte coddle bestaat uit gewone worstjes, uien, spek en aardappelen met wat kruiden, terwijl de bruine versie Oxo-blokjes, runderbouillon of ossenstaartsoep bevat, wat sommige Dubliners als heiligschennis beschouwen. De zwarte coddle daarentegen zie je tegenwoordig nauwelijks meer, omdat het een overblijfsel is uit een vervlogen tijdperk. Hoe dan ook, ongeacht wat voor soort coddle er wordt geserveerd, het smaakt het beste met sodabrood en een pint Guinness.

Doe mee aan de Voedselrevolutie
Wees de eerste die Dublinse verwennerij beoordeelt!
Jouw smaakervaring telt! Deel je beoordeling en help andere fijnproevers dit gerecht te ontdekken.
Ontdek Meer
Ontdek nieuwe culinaire ervaringen